Speed competitie
Ranking systemen
Er worden in het eerste seizoen twee verschillende ranking systemen getest. Een Grand total score en het Better distributed ranking systeem.
Grand total
Een totaal van alle gesprongen speed scores. Dit systeem motiveert skippers, in tegenstelling tot reguliere ranking, om elke wedstrijd alles te geven. Alle punten tellen namelijk!
Bij een reguliere ranking maakt het niet uit wat het verschil is tussen de winnaar en de nummer twee. Een score van 90 tegen 80 levert dezelfde punten op als 90 tegen 89. Met een grand total verdwijnt dit verschil. Het effect is makkelijker uit te leggen met een voorbeeld.
Wedstrijd 1
Persoon A scoort 90 punten (daardoor 1 ranking punt)
Persoon B scoort 85 punten (daardoor 2 ranking punten)
Wedstrijd 2
Persoon A scoort 65 punten (daardoor 2 ranking punten)
Persoon B scoort 80 punten (daardoor 1 ranking punt)
Bij reguliere ranking hebben persoon A en B gelijk aantal punten (namelijk 3). Echter, de grand total van persoon A is 155 en persoon B 165; en dus heeft persoon B meer punten. Dit is te verklaren omdat persoon A aanzienlijk minder gescoord heeft op de tweede wedstrijd. Je zou kunnen stellen dat dit eerlijker is.
Better distributed ranking
Zoals de naam doet vermoeden is dit een variant op de reguliere ranking. Het verschil is dat de te verdienen punten verder uit elkaar liggen. Hierdoor kan je een groter verschil maken als je hoger in de eindigt.
De te verdelen punten zijn:
1e | 2e | 3e | 4e | 5e | 6-7e | 8-10e | 11-15e | 16e + |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
12 p. | 9 p. | 7 p. | 5 p. | 4 p. | 3 p. | 2 p. | 1 p. | 0 p. |
Ook dit systeem moet skippers motiveren om op elke wedstrijd een goed resultaat neer te zetten. Een keer in de middenmoot bekent dat je aanzienlijk minder punten scoort dan bovenaan.
Seizoen rating
Naar aanleiding van alle, door de NRSO, goedgekeurde wedstrijden wordt er per persoon een seizoensrating gemaakt. De rating is een afgeleiden van het systeem dat de KNLTB hanteert bij het bepalen van de speelsterkte. In kort: hoe meer punten je scoort boven je huidige rating, hoe beter je rating wordt aan het einde van het seizoen.
Hoe we de rating bepalen.
Elke skipper begint met vijf ‘vakjes’ gevuld met de seizoen start rating. In dit voorbeeld is de startrating 86.
| 86 | 86 | 86 | 86 | 86 |
Je sprint twee wedstrijd en scoort hier 89 en 84. De eerste twee ‘vakjes’ worden dan vervangen met deze scores.
| 89 | 84 | 86 | 86 | 86 | —– Dit geeft een tijdelijke rating van 86,2
Jouw derde wedstrijd gaat een beetje minder en scoort 74.
| 89 | 84 | 74 | 86 | 86 | —– Dit geeft een tijdelijke rating van 83,8
Zo blijf je wedstrijden springen en ‘vakjes’ vervangen. Zijn alle vakjes vervangen, dan worden de extra scores ernaast toegevoegd. Maar alleen als deze géén negatief effect hebben op je tijdelijke rating na vijf wedstrijden.
Na vijf wedstrijden kunnen jouw ‘vakjes’ er zo uit zien:
| 84 | 89 | 74 | 81 | 88 | —– Dit geeft een tijdelijke rating van 83,2
Wanneer je op je zesde wedstrijd minder dan 84 scoort, heeft het een negatief effect op je rating en dus telt het niet mee. Maar scoor je bijvoorbeeld 90 punten, dan komt er een vakje bij:
| 84 | 89 | 74 | 81 | 88 | 90 | —– Dit geeft een tijdelijke rating van 84,3
Rating einde seizoen
Na alle wedstrijden bereken we de eindrating en krijgen we een totaal overzicht per groep.
Rating begin seizoen
Aan het begin van het seizoen komt er een verval van 10 punten. Hierdoor zorgen we ervoor dat skippers die een seizoen overslaan ook dalen in hun rating. Als we het voorbeeld volgen, dan begin je het volgende seizoen met de volgende vakjes:
| 75 | 75 | 75 | 75 | 75 | —– Let op, er is afgerond in voordeel van de skipper.